Wonen binnen bestaand bebouwd gebied, 2000-2023
De jaarlijkse uitbreiding van de woningvoorraad heeft een opwaartse trend en sinds 2012 was ongeveer 60 procent van de toename binnen de grenzen van het bestaand bebouwd gebied van 2000. In het meest recent beschouwde jaar (2022) was het aandeel 62 procent. Het aantal inwoners groeide tot 2022 vooral buiten het bestaand bebouwd gebied. In 2022 was er een omslag met een relatief grote toename van inwoners waarvan meer dan de helft binnen het bestaand bebouwd gebied.
Woningvoorraad binnen bestaand bebouwd gebied
De Nota Ruimte stelde als streefwaarde dat ten minste 40 procent van de nieuwe stedelijke ontwikkeling binnen het bestaand bebouwd gebied zou moeten plaatsvinden. Dit beleid kwam te vervallen met de komst van de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR, 2012). De Nationale Omgevingsvisie (NOVI, 2020) spreekt echter opnieuw een voorkeur uit voor verstedelijking op binnenstedelijke locaties.
Bij de uitbreiding van de woningvoorraad in Nederland werd sinds 2012 meer dan de helft van de extra woningen binnen het bestaand bebouwd gebied van 2000 gerealiseerd. In de periode 2018 t/m 2020 was het landelijk 58 procent. Alleen in de provincies Flevoland en Zeeland was het aandeel in 2020 kleiner dan 50 procent. Noord-Holland, Zuid-Holland en Groningen bouwen relatief veel binnen het bestaand bebouwd gebied. In Limburg werd in 2020 driekwart van de extra woningen binnen het bebouwd gebied gerealiseerd. De grootste uitbreiding van de woningvoorraad vond plaats in Noord-Holland, Zuid-Holland en Noord-Brabant.
Inwoners binnen bestaand bebouwd gebied
Buiten de Randstadprovincies neemt het aantal inwoners binnen bebouwd gebied af, en tegelijkertijd buiten bebouwd gebied toe. In Noord-Holland, Zuid-Holland, Utrecht en Noord-Brabant zien we in de periode 2012-2019 een duidelijke toename van het aantal inwoners binnen bebouwd gebied. In Noord- en Zuid-Holland is het in deze periode meer dan de helft van de extra inwoners. Het meest recent beschouwde jaar (2020) laat echter een omslag zien met nauwelijks nog uitbreiding van inwoners binnen het bestaand bebouwd gebied. In Noord-Holland en Noord-Brabant is er gedurende dat jaar ook weer een afname van inwoners binnen het bestaand bebouwd gebied.
Bronnen
- BZK (2020), Nationale Omgevingsvisie (NOVI), Den Haag: Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
- IenM (2012), Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte, Den Haag: Ministerie van Infrastructuur en Milieu.
- VROM (2004), Begrenzing bebouwd gebied 2000, Den Haag, Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer.
Deze indicator is afkomstig van het Compendium voor de Leefomgeving (CLO). Voor de volledige indicator en eventueel een actuelere versie kunt u deze indicator in het CLO bezoeken.